Volleybal Recreanten Deel 3

Spelverdeler is achterspeler

6-2 systeem

Nogmaals de beginopstelling met de spelverdeler als achterspeler.

Als de spelverdeler achterspeler is, heb je altijd een extra aanvaller. De spelverdeler voor is nu de extra aanvaller en wordt diagonaal genoemd.

Hierna volgen de aanvalsopstellingen (of pass-opstellingen), dus wanneer de tegenstander serveert.

De spelverdeler die achter is loopt eerst. De buitenaanvaller moet eerst de pass afwachten. Daarom lopen ze elkaar niet in de weg.

In deze situatie blijft de buitenaanvaller rechts en valt rechts aan. De diagonaal blijft links staan. Er wordt niet gewisseld van positie met elkaar.

Dit is een van de weinige situaties waarin een aanvaller eerder loopt dan de spelverdeler, namelijk de diagonaal.

De spelverdeler die midachter is, moet opletten dat hij tussen de links- en rechtsachter staat. Deze passers bepalen hun positie; de spelverdeler past zich daarop aan.

De spelverdeler loopt eerst. De midaanvaller loopt daarna naar zijn positie, waarbij hij op let dat hij de passers niet in de weg loopt.